fbicon

Nieuwgrieks, Morfologie en Syntaxis


Bezoek ook: www.woordenlijstnieuwgrieks.nl
Nieuwgrieks, Morfologie en Syntaxis
Bezoek ook: www.woordenlijstnieuwgrieks.nl

©

 
Grammatica//Morf/MorfWerw/MorfWerw3RegeOnreHoofLijn


Hoofdlijnen van de indeling van werkwoorden


1e conjugatie (vervoeging) en 2e conjugatie (vervoeging)

De regelmatige werkwoorden vallen in het Grieks in twee grote groepen uiteen:
- de werkwoorden waarbij het accent (bij de 1e persoon enkelvoud tegenwoordige tijd) niet op de persoonsuitgang valt: πληρώνω, λέω, τρέχω, σοκάρω, σερβίρω, ακούω, κλαίω, σκέφτομαι
- de werkwoorden waarbij het accent (bij de 1e persoon enkelvoud tegenwoordige tijd) wel op de persoonsuitgang valt: αγαπάω/αγαπώ, αντανακλώ, θεωρώ, πληρώ, μιλάω, καθιστώ, θυμάμαι, παραπονιέμαι, εξαρτώμαι, δικαιούμαι (alsmede -καθίσταμαι en δύναμαι).

Verfijningen van deze indeling komen bij de systematische behandeling aan de orde.

Er zijn werkwoorden die zich aan deze indeling onttrekken:
- είμαι (zijn)
- een paar werkwoorden die actieve vormen van de 1e vervoeging en passieve vormen van varianten van 2e vervoeging (σπάω en σκάω met de variant σπάζω, breken resp. σκάζω, barsten)
- een paar werkwoorden die zich op het grensgebied bevinden door de toevoeging van de intervocalische -γ- bij de vorming van het passivum (φυλάω, φυλάγομαι, bewaken en πετάω, πετάγομαι, gooien) en die door de ene schrijver tot de 1e conjugatie worden gerekend (Lauxtermann) en door de andere tot de 2e.
- een paar werkwoorden die zowel een vorm hebben die tot de 1e vervoeging behoort als een vorm die tot de 2e vervoeging behoort (καθαρογράφω, καθαρογραφώ, in het net schrijven).

 

 

 

 

 

© Auteursrecht voorbehouden. Zie pagina Copyright
 

 
  
 

Semantiek:
Betekenisleer

l

Syntaxis:
Zinsleer

l

Morfologie:
Woordleer

l

Alfabet

l

Fonologie

     

*

*

*

*

   

+

+



Overzicht indeling werkwoorden


1e stam, 1e conjugatie,
actief en passief
  κρύβω, -ομαι verbergen
  ανοίγω, -ομαι openen
  διαβάζω, -ομαι lezen
  πείθω, -ομαι overtuigen
  χάνω, -ομαι verliezen
  ακούω, -γομαι horen
1e stam, 2e conjugatie,
actief en passief
A1 αγαπώ, -ιέμαι beminnen
A2 αντανακλώ, -ούμαι beschouwen
B θεωρώ, -ούμαι beschouwen
C πληρώ, -ούμαι voldoen aan
2e stam, 1e conjugatie, actief
  κρύψω verbergen
  ανοίξω openen
  διαβάσω lezen
  πείσω overtuigen
  πληρώσω betalen
  ακούσω horen
2e stam, 1e conjugatie, passief
  κρυφτώ verbergen
  ανοιχτώ openen
  διαβαστώ omhelzen
  πειστώ overtuigen
  πληρωστώ betalen
  ακουστώ horen
2e stam, 2e conjugatie, actief
A1 αγαπήσω beminnen
A2 αντανακλάσω weerkaatsen
B θεωρήσω beschouwen
2e stam, 2e conjugatie, passief
A1 αγαπηθώ beminnen
A2 αντανακλαστώ weerkaatsen
B θεωρηθώ beschouwen
D λυπηθώ spijt hebben